Elias - the making of ... 4


Het begin van de Elias

Martin begint zijn speurtocht in de Elias en ontdekt dat Mendelssohn aan Elia een aparte muzikale status geeft.

Als de dirigent de bok heeft beklommen, en de lichten in de zaal zijn uitgegaan, laat het orkest slechts één kopergekleurd akkoord horen, met in het uitklinken ervan een kleine tonale verschuiving, om vervolgens dit akkoord te herhalen:  grave staat er in de partituur; ernstig, gewichtig….
En dan….staat daar Elia
Alleen. Groots, dreigend, maar eigenlijk ook nederig.
Hij zingt: 'So wahr der Herr, der Gott Israels, lebet, vor dem ich stehe…'
Het orkest moet hem begeleiden, maar onder de indruk van zijn verschijning zwijgt het als Elia met zijn boodschap komt: 'Es soll diese Jahre weder Tau noch Regen kommen…'
Daarna volgen nog 6 langzame en sombere  (muziek-)maten, die als het koper uitgeklonken is overgaan in het moderato van de Ouverture.

Mendelssohn doet dit vaker in de Elias. Telkens als Elia de boodschap van de enig levende God van Israël – voor wie hij staat - moet overbrengen, dan zwijgt het orkest in eerste instantie om daarna zijn boodschap met kopergekleurde akkoorden te ondersteunen.
En het tempo is grave.
Andere voorbeelden ervan zijn recitatief nr. 10 So wahr der Herr, en recitatief nr. 12 Rufet lauter!

Elia staat er alleen voor.  Ondanks de status die hij heeft als man Gods luistert het volk niet naar hem. Het volk kiest voor de Baäl. Het roept om zijn dood.
En Mendelssohn laat het hem helemaal alleen doen…

 

Sint Laurens, 12 februari 2016